Vijf tips voor thuiswerken
De Wet flexibel werken, waarmee de Eerste Kamer in april instemde, zou werknemers ‘het recht om thuis te werken’ geven. Maar zo eenvoudig ligt het dus niet.
De Wet flexibel werken treedt in werking met ingang van 1 januari 2016. Met de wet krijgen werknemers niet zozeer het recht op thuiswerken, zij krijgen het recht een verzoek tot thuiswerken in te dienen bij hun werkgever.
Zwaarwegend bedrijfsbelang
Werknemers hebben nu al het recht een verzoek in te dienen om meer of minder uren te werken. De werkgever mag dit verzoek alleen weigeren als sprake is van een zogeheten zwaarwegend bedrijfs- of dienstbelang. De nieuwe wet geeft werknemers eveneens het recht om te vragen of zij op andere tijden (buiten kantooruren) mogen werken. Ook dan geldt het zwaarwegend bedrijfsbelang. Nieuw is dat een werknemer mag vragen om op een andere plaats te werken dan op kantoor. Hierbij geldt het zwaarwegend bedrijfsbelang niet. Een werkgever moet het verzoek overwegen en in geval van een ‘nee’ dit schriftelijk motiveren.
Voordelen
De voordelen voor werknemers om thuis te werken, zijn duidelijk. Minder file, minder reistijd en reiskosten en minder verzuim. Vaak gaat de productiviteit omhoog bij thuiswerken omdat medewerkers geen last hebben van herrie in de kantoortuin. Bovendien kunnen ze hun werk beter combineren met hun prive-leven en met eventuele zorgtaken. Ook de werkgever profiteert: minder tijdverlies door reisperikelen van werknemers, minder kosten voor ziekteverzuim, voor kantoorruimte – door flexplekken – en voor stoken. De flexibiliteit van werknemers neemt toe, hun productiviteit gaat omhoog en door de betere werk-privebalans zitten ze ook nog beter in hun vel.
Thuiswerkbeleid
Dat klinkt bijna te mooi om waar te zijn, en dat is het ook. Althans, zonder thuiswerkbeleid. Hoe kunnen werkgevers zo’n thuiswerkbeleid realiseren? Hier volgen vijf tips.
1. Laat mensen niet fulltime thuiswerken. Voor de binding met het bedrijf is het belangrijk dat ze minstens twee dagen per week aanwezig zijn. Bovendien hebben sommige werknemers minder zelfdiscipline; anderen zijn erg gesteld op sociale contacten.
2. Voer thuiswerken geleidelijk in. Evalueer het traject na ongeveer een half jaar. Bepaal dan onder meer of de vooraf gestelde doelen zijn bereikt, de kosten niet uit de hand lopen en de ict nog up-to-date is.
3. Zorg voor een inrichting van de thuiswerkplek. Is die niet goed op orde, dan is de werkgever aansprakelijk voor de schade die een werknemer lijdt.
4. U kunt discussie over kosten van bijvoorbeeld telefonie of de inrichting van een werkplek voorkomen door dit soort zaken vast te leggen in een telewerkovereenkomst.
5. Maak gebruik van de wettelijke regelingen. Onder de huidige werkkostenregeling geldt geen expliciete belastingvrijstelling meer voor inrichting van de werkplek thuis. Maar er is wel een vrijstelling voor arbovoorzieningen – een ergonomische stoel, goede verlichting, een stevig bureau. Met deze vrijstelling kan de werkgever voor de thuiswerker ook goed uit de voeten. Voorwaarden voor belastingvrije vergoeding/verstrekking aan de thuiswerker: de voorziening moet in een Arboplan zijn neergelegd en mede op de (thuis)werkplek worden gebruikt. Het thuiswerken moet bovendien berusten op een afspraak tussen werkgever en werknemer.
Arbo online 12-10-2015